De letterzetter is een klein kevertje dat een ravage aanricht in naaldbossen over heel Europa, voornamelijk bij de fijnspar. Het beestje is slechts 4,5 à 5 millimeter groot en kruipt onder de bast van de boom. De letterzetter dankt zijn naam aan het typisch gangpatroon dat hij graaft onder de schors en dat veel wegheeft van hiërogliefen.

De mannelijke exemplaren viseren verzwakte naaldbomen en boren zich een weg door de schors. Ze nestelen zich in een zogeheten ‘paarkamer’ en scheiden een chemisch stofje af om vrouwelijke letterzetters te lokken. Na de paring vreten de vrouwelijke kevers enkele verticale gangen onder de bast waarin ze hun eitjes leggen. Daaruit komen larven die op hun beurt, vanuit het spoor van de moederkever, horizontale vertakkingen graven. Ze voeden zich aan de onderbroken sapstroom van de boom, waardoor deze uiteindelijk uitdroogt en sterft.

Heel wat bomen worden kwetsbaar en verzwakken door de milde winters en droge zomers van de laatste jaren. Door de verminderde harsproductie, het natuurlijke afweersysteem tegen insecten, kan de letterzetter makkelijker de bast perforeren. De larven van deze bastkever richten vooral ernstige schade aan bij boomsoorten als de zilverspar, fijnspar, douglasspar, zwarte den, weymouthden, grove den, conifeer, lork en lariks.